Veere Dronk

Het Badpaviljoen

 

Het Badpaviljoen

Badhuisweg 21
4357 AV Domburg

0118-582405
info@hetbadpaviljoen.nl
Website
Facebook
Twitter

 

Een restaurant dat is gelegen aan de Badhuisweg 21 (was eerst 1) in Domburg - een opvolger van het Het Badhuis.

Geschiedenis

1889
Hugo Johannes Vreeburg

Hugo Johannes Vreeburg is de eerste exploitant van het in 1888-1889 gebouwde Badpaviljoen op het adres Badhuisweg 1 in Domburg. Vreeburg wordt in 1898 ook exploitant van het nieuw gebouwde Strandhotel dat dienst doet als dependance. In 1907 verkoopt Vreeburg zijn zaken aan de heren E.W. Hendrikse en P.W.M. Hoegen die voor een N.V. als exploitatievorm kiezen en de NV Bad- en Strandhotel "Domburg" oprichten. Vreeburg vertrekt in 1908 naar Den Haag.

1908
Bernardus Johannes Westenburger

In 1908 volgt Bernardus Johannes Westenburger (zeeuwengezocht [1]) Vreeburg op en hij zit tot 1940 in de zaken.

1947
Paulus Johannes Elout

In 1947 wordt Paulus Johannes Elout (zeeuwengezocht [2]) de nieuwe exploitant en hij blijft in de Het Badpaviljoen tot 1952.

1952
Bos en Dourleijn

Exploitanten Bos en Dourleijn krijgen in 1953 een lening van fl. 75.000,-- van de gemeente Domburg - verdere gegevens ontbreken.

1959
Gerardus Willibrordus Tinkhof

Gerardus Willibrordus Tinkhof is vanaf 6 mei 1959 de nieuwe exploitant van het Badhotel - hij zit ook in het Badhotel en Le Baron Chassé in Middelburg - Tinkhof vertrekt in 1969.

1970
Th. Widman en Jef Bos

Th. Widman in in 1970 de nieuwe directeur van Het Badpaviljoen. In 1979 gaat Het Badpaviljoen dicht en maar eigenaar bierbrouwerij Skol zoekt naar een oplossing. In 1980 ontplooit de sociëteit "Luctor et Emergo" activiteiten in de zaak, maar heropening van Het Badpaviljoen blijft onzeker tot Jef Bos van Bos Internationaal en Pizzeria Louisa uit Vlissingen de zaak vanaf Pinksteren 1981 exploiteert - hij start de Blue Wave Disco in het pand. In 1999 stopt Bos met de exploitatie en gaat Het Badpaviljoen dicht en wordt het pand aangekocht door Van Garderen & Dekker Projectontwikkeling BV uit Middelburg.

2008
Ferdie Dolk en Mirjam Joziasse

In juni 2008 wordt Het Badpaviljoen heropend - Ferdi Dolk en Miriam Joziasse (zaten eerder in In den Walcherschen Dolphijn in Domburg en in Middelburg in Het Groot Paradijs) zijn vanaf de heropening tot heden de exploitanten van het restaurant.

Foto's

Meer afbeeldingen zijn te vinden op Het Badpaviljoen/fotos.


Naamgeving

Eigenaars

  • Ferdie Dolk

Bijzonderheden

De exploitanten c.q. uitbaters van Het Badpaviljoen waren dat geruime tijd ook van het Badhotel en het Strandhotel in Domburg.

Mooie verhalen

Kleine ode aan Van Schagen

Dit verhaal begint eigenlijk op een katerige wintermorgen aan het begin van deze eeuw, toen ik met een vriendin liep uit te waaien op het strand van Domburg. Ook de geest waaide, zoals Johnny van Doorn aka the Selfkicker dat ooit (voor)schreef en ter hoogte van het Badpaviljoen vlaagden m'n gedachten naar J.C.J. van Schagen die niet echt van het Badpaviljoen geporteerd was. Zijn briefwisseling met vlieger Adriaan Viruly doet dat op een Van Schagen eigen manier uit de doeken: "Domburg dat de Middelburgse heren ook buiten het zomerseizoen wel geregeld over de vloer had - sommigen woonden er zelfs - was bepaald niet uit één stuk - er liep een zware adering van serviliteit-die-van-profiteren-wist door ons heen; ze heeft me vaak gehinderd en dan heb ik er, bewust, nog alleen maar de nadagen van gekend. Mijn Domburgse grootouders, die van moederskant, leefden nog volledig - en met overgave! - in die oude-dienarensfeer. Grootmoe was lang keukenmeisje geweest op Veldzicht aan de Oude Vlissingseweg, bij Mejuffre Snouck Hurgronje. Grootpa was, waarschijnlijk met vrijmetselaarshulp, kastelein geworden van het Domburgse Badpaviljoen." Viruly reageert: "De eilandaristocratie speelde op Westkapelle* geen rol. Die werd nooit een punt voor me. Mede daarom ben ik niet geneigd om ver mee te gaan met je bezwaren tegen die niet meer in de oude vorm bestaande klasse." Van Schagen riposteert vurig: "Of wat denk je van ons Domburgse Badpaviljoen, waar jij binnen hoorde en ik buiten? Waar ik 's avonds op het achterstoepje zat als daar de meisjes van Bekker speelden die zo lekker waren. Het Domburgse Badpaviljoen, waar ik, zelfs toen ik al in Amsterdam voor mijn doctoraal studeerde, nog van den Heer Elout** de boodschap mocht ontvangen, dat ik daar niet hoorde. Hoewel ik toen in gezelschap was van een paar paviljoenfähig rijke en heus wel beschaafde Joodse vrienden." Elout's zoon trekt het vermeende anti-semitisme van zijn vader op zijn fatsoen en er ontspint zich een briefwisseling over het onderwerp in de PZC waarin Van Schagen het magistrale laatste woord heeft: "Waar de één zwaar tilt, tilt de ander gemakkelijker en omgekeerd. Waarschijnlijk speelt hierbij het verschil in origine een rol? Hetzelfde feit kan voor topdog spel zijn, een bagatel, terwijl underdog het als bloedige ernst moet ervaren. Mag de jager wel verongelijkt zijn, als het wild ook eens een keer aanvalt?" Van Schagen, die ik eigenlijk een groter schrijver dan beeldend kunstenaar vind, raakte me die bewuste wintermorgen zo diep dat ik besloot een kleine ode aan hem te wijden. Aangezien alcohol en kater voor mij vaak resulteren in schuld en boete, schreef ik nog dezelfde dag een ruwe versie van onderstaand gedicht De wandelaar. Een kleine ode aan een grote schrijver, want dat was Van Schagen - waarvan akte.

(* Viruly's vader was burgemeester van Westkapelle. **Johannes Paulus Elout was directeur van het Badpaviljoen)


Externe links

Bronnen